Hierbij wordt uitgegaan van de mogelijkheden en oplossingen die het kind al in zich heeft. Door vragen te stellen en te luisteren naar verhalen die het kind vertelt over situaties, worden gedachten en handelingen geordend. Van daaruit wordt een werkplan opgesteld.
Naast het oplossingsgericht bezig zijn, wordt er ook gebruik gemaakt van de methode “Een taal erbij”. Bij het toepassen van deze methode worden situaties met poppetjes nagespeeld en duidelijk gemaakt. Het kind krijgt daardoor zicht op hoe een situatie ontstaat en hoe er op gereageerd kan worden, of juist niet.
Indien gewenst kan na 2 maanden nog een korte telefonisch gesprek plaatsvinden over eventuele vragen of knelpunten.